Overleef het bloedbad, het besmeurde naakt en het waanzinnige gekrijs in Requiem 3, en let op de ontroerende tekst

Cultureel Persbureau / De Dodo (5 juni 2012)

Vincent Macaigne lijkt me een regisseur waar je niét mee moet vechten. Gelijk in de eerste seconden van Requiem 3 ramt hij er vol bovenop met de meest hysterische openingscène die ik in tijden heb gezien, en blijft 80 minuten meedogenloos doorhakken. Het is even doorbijten. Maar opeens zorgt de subtiele tekst zowaar voor diepe ontroering, in deze tsunami van bloed, geweld, bloed, besmeurd naakt, en nog meer bloed.

De koning is dood. Rechts hangt het Koninklijke kadaver verbrand en ontkleed aan de touwen, als een gelynchte Amerikaanse huurling die door de straten van Fallujah is gesleurd. Vanuit de rookwolken komen twee hyperactieve hofnarren de speelvloer opgesprint, witgeschminkt en besmeurd met bloed, non-stop aan het krijsen. Dat doen ze zó waanzinnig hard dat je hun stemmen hoort breken. Hun opgefokte, cartooneske speelstijl doet denken aan de over-de-top cinema van Jan Kounen, zoals Capitain X.

In Requiem 3 zijn we getuige van een bizarre troonsopvolging. Broers Kain en Abel strijden om de kroon. Prins Abel is de gedoodverfde opvolger. Letterlijk. Want nadat hij zijn zoon Hamlet – een jankende baby in een buggy – heeft verstoten en zijn vrouw Sarah koelbloedig heeft gedumpt – ‘Vandaag is de liefde gestorven’ – wordt Abel door de twee demonische hofnarren uitgejouwd, gestript, overgoten met chloor, ongebluste kalk, soda, liters nepbloed en goudpoeder.

Eerst was hij een lapzwans, roepen de narren, maar nu moet hij koning worden.

Abel ondergaat alle vernederingen in de hoop om aan de macht te komen. In een sequentie van Hindu push ups kronkelt hij likkend over de vloer en laat een spoor van bloed en goud achter. Daarna dwingen ze hem om te kotsen: de laatste test. Hij slaagt en krijgt een toga, zwaard en papieren kroon. Ex-vrouw Sarah staat erbij en kijkt ernaar. Schreeuwend probeert ze hem te herinneren aan de idealen die hij nu voor de macht heeft opgegeven. Oudere broer Kain zweert wraak – geheel in de Bijbelse traditie: ‘Wrok is het énige aan liefdesgevoelens dat ik nog heb in dit kutstuk.’

De spraakwaterval in Requiem 3 is soms bijna niet te volgen, maar verbazend grappig. Sarcastische kreten, oneliners en geestige terzijdes razen voorbij, die in combinatie met het excessieve kabaal een ontregelend contrast vormen. Abel, na zijn kroning: “Nu ben ik koning van wereld en ruimte. Vandaag zal de diepvriesmaaltijd mij dus extra goed smaken.”

Dit is de eerste keer dat regisseur Macaigne (1978) met zijn werk op het Holland Festival staat. Requiem 3 is een derde enscenering van een van zijn vroegere werken, en hoe extreem dan ook, Macaigne slaagt erin om de broedertwist op ontroerende manier voelbaar te maken.

Op een gegeven moment rollen Kain en Abel innig verstrengeld over de vloer. Worstelend als rivalen, en als bloedbroeders. Op de achtergrond hangt gedurende de hele voorstelling een tv met een slideshow van zwart-wit jeugdfoto’s van de beide acteurs. Ze fluisteren in elkaars oor. De één zegt dat het hem spijt dat hij ooit de ander z’n flippoverzameling heeft weggegooid. De ander fluistert terug: dus jij was dat, klootzak. Héél even vergeven ze elkaar.

Requiem 3 is 5 juni nog te zien in de Westergasfabriek Zuiveringshal West om 20:30. Meer info

[youtube width=”605″ height=”490″]http://www.youtube.com/watch?v=I0p5BTVINhQ[/youtube]