‘Ik ben een trendsetter’

Het Parool / Kunst & Media (23 april 2013)

Na bijna 20 jaar houdt galeriehouder Rob Malasch het voor gezien. Hij gooit het overschot aan opgeslagen kunst in de verkoop, dan is het basta.

DANIËL BERTINA

Lachend neemt Rob Malasch (Bandung, 1947) een hap zeewier. Lekker, gezond, en caloriearm, zegt Malasch. “En ideaal om mee af te slanken. Dat past wel in de lijn met wat ik nu met mijn galerie ga doen. Ja, de crisis hakt erin. Geloof mij, er gaan binnenkort héél veel Amsterdamse galeries omvallen. Ik ben een trendsetter.”

Vanaf zaterdag gooit Malasch tien dagen lang het overschot van zijn opgeslagen kunst in de verkoop. Het is zijn finale expositie in Meneer Malasch aan de Postjesweg, Loving the Alien, met foto’s, sculpturen en schilderijen. Malasch: “Zaterdag was de vipopening, maar gewone mensen mogen ook komen.”

Verder staan er drie immense boekenkasten volgepropt met (kunst)boeken uit het Malascharchief. Liefhebbers mogen de boeken meenemen voor de helft van de prijs, nadat er op Google is gecontroleerd wat ze waard zijn. Na die tien dagen is het basta. Malasch stopt als galeriehouder. En dan op zoek naar iets nieuws.

De directe aanleiding is een ‘conflictje’ met de verhuurder van het pand, de organisatie Meneer de Wit. Malasch: “Dit is een broedplaats, wat inhoudt dat kunstenaars hier de buurt wat mogen komen opleuken. Men vond het nodig om mijn huur, elk jaar, met duizend euro op te schroeven. Tja, zo komt de bodem van de schatkist snel in zicht.”

Malasch begon op de Rietveld Academie, maakte de stap naar experimenteel theatermaker en choreograaf, profileerde zich als venijnig columnist, en werkte jaren in New York, onder andere als kunstcorrespondent voor deze krant. In 1993 reisde hij mee naar China in de entourage van kunstduo Gilbert & George en ontdekte daar bij toeval een aantal jonge Chinese up & coming kunstenaars. Voor een grijpstuiver nam hij een paar schilderijen mee, die hij zeer goed wist te verkopen. Met het geld kocht een pand aan de Lauriergracht en opende zijn galerie Serieuze Zaken Studioos. In 2011 verkaste hij onder de naam Meneer Malasch naar de broedplaats aan de Postjesweg. Met bovenstaande gevolgen.

Hij legt een boekje op tafel: “Van deze Zhang Xiaogang heb ik ooit voor een paar honderd dollar wat schilderijen meegenomen. Nu wordt zijn werk geveild voor tien miljoen per stuk.”

Arm is hij er niet van geworden, maar het is toch even slikken. Malasch: “Als ik dát geweten had, dan had ik die dingen nooit verkocht. Ziehier het risico van het vak. Ik heb er in ieder geval allemaal mensen gelukkig mee gemaakt. Wat is daar op tegen? Helaas veranderden sommige van die timide Chinese jochies in woest-commerciële monsters met geen enkele loyaliteit. Dus op een gegeven moment kreeg ik dat werk hier gewoon niet meer verkocht, omdat ze opeens echt idiote bedragen vroegen. Man, ik háát dat eeuwige gekloot om geld.”

Als organisator gaat hij in ieder geval door met de vijfde editie van het culturele evenement Indomania, op 11 mei in het Sierraad aan de Postjesweg. “Dat gaat over mijn Indonesische roots, dus dat is me dierbaar. Daarnaast wil ik me nu ook wat meer opwerpen als free agent voor een aantal onbekende, maar geniale kunstenaars, zoals Marenka Gabeler, Ronald Berning, Choi Jeong Hwa, Pieter de Kok en Joost Benthem. Ze maken prachtig werk dat meer aandacht verdient. Zo maakt Choi hilarische sculpturen die tijdens Loving the Alien vollop te koop zijn: dildo’s in de vorm van die basketballer, Magic Johnson. Ik heb er een doos vol van.”

Het exorbitante kunstkoopgedrag tijdens de internetboom van begin deze eeuw staat hem nog fris voor de geest. Malasch: “Dan kwam er zo’n twintiger binnen die nét tien miljoen had verdiend met een of ander achterlijk videospelletje. En dan werd er rondgewezen en geroepen: pakt u dat allemaal maar in hoor, de prijs was niet relevant.” Een sarcastische grijns: “Easy come, easy go. Ja, die tijd is voorbij.”

De galerieformule is tot op het bot versleten, aldus Malasch: “Iedere boerenlul kan een galerie beginnen om de keramische sculpturen van z’n trotse vrouw in de etalage te kunnen zetten. Daarnaast is Amsterdam een achterlijk provinciaal dorp met te weinig kapitaal en te weinig smaak. En verder is het met de kunst ook slecht gesteld, 99% van wat ik zie is bagger. Daarom is Amsterdam een véél te kleine markt voor serieuze verzamelaars. Ik was net in Londen voor de David Bowie-expositie. Nou, dan ben je de Hazenstraat snel vergeten.”

De kunstwereld neemt zichzelf veel te serieus, zegt Malasch. “Iedereen is bang om op z’n bek te gaan. Maar mislukken is juist interessant. Ik zie mezelf als Heintje Davids van de avantgarde. Ik dwing mezelf om steeds weer from stratch te beginnen, want dat geeft energie. Na deze expo en Indomania 5 ga ik even naar Indonesië om inspiratie op te doen. Misschien begin ik daarna wel een nieuw soort toko.”

Tentoonstelling Loving the Alien, Meneer Malasch, Postjesweg 2. Opening 20/4, 15:00-19:00 uur. Te zien t/m 30/4.