Het Parool / Kunst & Media (28 september 2010)
De achtste editie van het Afrovibes festival staat in Cultuurpark Westergasfabriek en het Bijlmer Parktheater. Zes dagen lang theater, dans en muziek uit Zuid-Afrika.
DANIËL BERTINA
“Het Afrikaanse publiek maakt veel meer kabaal,” zegt theatermaker Pam Ngwabeni. “Als je ze ook maar even aanspreekt, joelen ze de hele voorstelling terug.” Haar collega Asanda Phewa verslikt zich bijna in haar cola: “Het Nederlandse publiek is heel bedeesd – bijna eng. Maar aan het eind applaudisseren ze veel langer.”
Beide Zuid-Afrikaanse theatermakers spelen op de achtste editie van het Afrovibes Festival met het thema No Borders. Vandaag opent het festival – geheel gewijd aan theater, dans en muziek uit Zuid-Afrika – in het MC Theater in Cultuurpark Westergasfabriek. Na zondag reist het festival naar Groot Brittannië.
“Ik zie mezelf niet echt als acteur,” zegt Pam Ngwabeni (Kaapstad, 1985). “Ik ben verhalenverteller.” Haar solovoorstelling Kiss! The women is een energieke monoloog over haar leven als voetbalfanaat en troste lesbienne in de Khayelitsha township nabij Kaapstad.
Zuid-Afrika kent de meest progressieve wetgeving op het gebied van homorechten in heel Afrika, maar nog steeds zijn groepsverkrachtingen en moordpartijen – gericht op het ‘genezen’ van de geaardheid van het slachtoffer – daar de orde van de dag. Een aantal van Ngwabeni’s beste vrienden werd vermoord. Regisseur Peter Hayes van Hearts and Eyes Collective haalde Ngwabeni over haar levensverhaal op het toneel te zetten. Dat werd Kiss! The women.
“Ook als blanke Zuid-Afrikaan is het gevaarlijk om als homo hand in hand te lopen met je vriend of vriendin,” zegt Hayes. “Vanwege al dat homofobe geweld was ik bang voor Pams veiligheid.” “Maar ik wil me niet verschuilen,” roept Ngwabeni met vuur in haar ogen. “Ik treed op onder mijn eigen naam; want dit is mijn verhaal, over mijn vrienden die zijn gestorven. Ze kunnen ons proberen te vermoorden, maar we zullen nooit meer verdwijnen.”
“De kracht van Pams voorstelling is dat het een menselijk gezicht geeft aan de slachtoffers van die hate crimes,” zegt theatermaker Asanda Phewa (Durban, 1985) van Baxter Theatre (Kaapstad), die op Afrovibes haar voorstelling A face like mine speelt. “Als je die verhalen alleen op het nieuws ziet blijft het toch afstandelijk. Het is gemakkelijk om te haten wat je niet begrijpt.”
Vrijdag organiseert Afrovibes de Afro Ladies Night in het Bijlmer Parktheater. Een avond georganiseerd met steun van COC Nederland, waarbij de voorstellingen van Ngwabeni en Phewa worden ingebed door een lezing en debat over het zelfbeeld van zwarte vrouwen.
“Ze noemen mij vaak een coconut: bruin van buiten, wit van binnen,” lacht Phewa. “Mijn generatie – opgegroeid na de apartheid – werd geacht om de eigen cultuur, taal en tradities in stand te houden. Tegelijkertijd moesten we ons ook aanpassen aan de dominante Europese traditie. Elke dag spelen we tegenstrijdige rollen in het Engels, Zulu en Xhosa. Daardoor voelen mijn leeftijdgenoten zich ontzettend schizofreen.”
Over dat gevoel gaat haar voorstelling A face like mine. Phewas personage begint als een zelfverzekerde Engelssprekende Zuid-Afrikaanse vrouw. Terwijl ze zichzelf wast, opmaakt, en droomt van een leven als blanke vrouw, wordt haar lichaam in een kille, racistische monoloog beoordeeld door een mannelijke tegenspeler. Hij poedert haar wit, en schrijft ‘BANTU’ op haar rug (een denigrerende verzamelnaam voor zwarte Afrikanen). “Wat je ook probeert – je krijgt altijd een label opgeplakt,” vertelt Phewa. “Met deze voorstelling eis ik de vrijheid om mijn leven zelf in te vullen.”
Wat heeft een Nederlands publiek aan theater uit Zuid-Afrika? “Door onze cultuurverschillen te tonen worden de verhalen herkenbaar en universeel,” zegt Asanda Phewa. “Het is vreemd, maar juist door het scheppen van afstand komen al de verhalen dichterbij.” Pam Ngwabeni knikt: “We zijn allemaal mensen die worstelen met identiteit. Daarom hebben we elkaar nog veel te leren.”