Het Parool / Kunst & Media (4 november 2010) /// Foto Marc Driessen
Beeldend kunstenaar Roland Berning exposeert nieuwe schilderijen bij Serieuze Zaken Studioos. Van speelse abstractie naar platte alledaagsheid.
DANIËL BERTINA
“Mijn werk moet een beetje onbetrouwbaar lijken,” zegt de Amsterdamse kunstenaar Roland Berning (1956). Hij gebaart naar de schilderijen aan de galeriemuur van Serieuze Zaken Studioos. “Ik zoek een ontregelende spanning, die verder gaat dan alleen maar mooie beelden. Ik wil dat mensen zich afvragen of ze het werk wel serieus kunnen nemen.” Zijn overzichtstentoonstelling – met de merkwaardige naam Frackstümmel zal het rustiger aan moeten doen – is tot en met 1 december te zien bij Serieuze Zaken Studioos aan de Lauriergracht.
In woeste kwaststrepen zijn speelse stripfiguren te ontdekken, af en toe onderbroken door uitgezaagde gaten in de schilderijen. Foto’s van Bernings eerdere kunstwerken, gelikte glossy magazinecovers en schreeuwerige reclamefolders zijn op willekeurige plaatsen in het beeld gelijmd. Een aantal van de veelkleurige kunstwerken balanceren ongemakkelijk tegen de galeriemuur, steunend op de leuningen van kantoorstoelen. Alles lijkt instabiel.
“Ik gebruik veel kitscherige thema’s zoals stripfiguren of poëzieplaatjes,” gaat Berning verder. “De manier van schilderen schept een abstracte sfeer, terwijl die ingeplakte foto’s en pizzareclames verwijzen naar de platte alledaagsheid van het hier en nu. Zo geef ik de kijker een schop onder z’n kont.”
De laatste tien jaar maakte Berning als beeldend kunstenaar voornamelijk installaties, zoals Nicht warten auf satori, jetzt bauen (2004) en Piraten im wald (2007). Begin dit jaar pakte hij weer een oude liefde op: schilderen. In korte tijd produceerde hij genoeg werk voor een nieuwe tentoonstelling. “Als kunstenaar moet je nooit gaan zitten wachten op inspiratie. Je moet gewoon aan de slag gaan. Installaties bouwen is een soort driedimensionale manier van schilderen, waarbij je een hele ruimte kan vullen met een fantasiewereld. Ik heb nu geprobeerd dat gevoel van vrijheid te vatten in tweedimensionale schilderijen.”
De titel Frackstümmel zal het rustiger aan moeten doen verwijst naar Bernings grote liefde voor de kunstenaars en filosofen van de Duitse Verlichting. “Frackstümmel is een verzonnen naam die mij deed denken aan dat prachtige, creatieve tijdperk van de Verlichting. Door duistere ontwikkelingen in onze huidige maatschappij dreigen die idealen nu te worden verloochend. De titel is een verborgen aanklacht – eigenlijk puur associatief bedoeld.”
Als middelbare scholier maakte de film Ludwig – requiem für einen jungfraulichen König (1971) van Hans-Jürgen Syberberg een verpletterende indruk op Berning, en diens ontkiemende visie op kunst. “Syberberg deed totaal geen moeite om zijn film realistisch te maken. Veel van de scènes werden gespeeld tegen een geprojecteerde achtergrond, terwijl vanaf de zijkant handenvol nepsneeuw in beeld werden gegooid. Vanuit mijn ooghoeken zag ik de grijsbetonnen vloer van de filmzaal. De ervaring was overduidelijk nep, maar daardoor werd de beleving van het verhaal juist realistisch. Dat probeer ik nu ook met mijn kunst.”
[youtube]http://www.youtube.com/watch?v=Ll0xHT8CGPY[/youtube]
Veel abstracte kunst blijft volgens Berning te vaak hangen in nietszeggende vorm, of verzandt in bloedeloze kitsch. “Ik wil mijn werk wat meer spanning en gevaar meegeven. Ik begin vaak met die rare stripfiguurtjes uit Dick Tracy, Humpty Dumpty of Heidi, en daar laat ik ‘de schildermachine’ op los. Ik probeer het beeld energiek en levensvatbaar te maken, door de gelaagdheid van het werk te laten zien – soms letterlijk, door een stuk uit het schilderij te zagen. Het moet gaan vibreren en leven, alsof je als toeschouwer een nieuwe werkelijkheid wordt binnengetrokken.”
De titel van zijn installatie uit 2004, Nicht warten auf satori, jetzt bauen, is terug te vinden in een aantal nieuwe schilderijen aan de muren van Serieuze Zaken Studioos. “Mijn manier van werken is niet lineair, maar altijd cyclisch en organisch. Ik houd ervan om thema’s te recyclen uit mijn eerdere werk, maar ook afkomstig uit mijn kindertijd. Als kind bewonder je de onbereikbare wereld van de volwassenen, en als volwassene hunker je naar de verloren kinderlijke verbeeldingskracht. Eigenlijk is het leven één grote sadistische constructie.”