Acteursgezelschap ’t Barre Land speelt De laatste dagen der mensheid. Een satirische en ‘onspeelbare’ toneeltekst over de waanzin van de Eerste Wereldoorlog – door Karl Kraus. ‘Absurd dat het stuk niet eerder vertaald is.’
DANIËL BERTINA
“Het is een veelkoppig monster, waar je goed mee kan vechten,” zegt acteur Martijn Nieuwerf over de voorstelling De laatste dagen der mensheid. Aan een tafel in de werkstudio De Snijzaal van acteursgezelschap ’t Barre Land praten zes mensen (drie acteurs, twee vertalers, en één dramaturg) enthousiast door elkaar. Op hoog tempo maken ze elkaars zinnen af, vallen elkaar in de rede en barsten in schaterlachen uit – terwijl ze vertellen over hun fascinatie voor het stuk.
“Dat stuk stond bekend als onspeelbaar. Er komen bijna vijfhonderd personages in voor, en zou in integrale versie ongeveer tien avonden duren om op te voeren,” zegt speler Csezlaw de Wijs bedachtzaam. “Maar ik geloof niet in ‘onspeelbare’ teksten.” “Czeslaw heeft altijd onmogelijke ideeën voor voorstellingen,” lacht Martijn Nieuwerf. Erik Bindervoet mompelt: “En wij zijn weer gespecialiseerd in het vertalen van onvertaalbare werken.”
Toneelspelerensemble ‘t Barre Land raakte zeven jaar geleden gefascineerd door De laatste dagen der mensheid (1919): een inktzwarte satire op de Eerste Wereldoorlog. Dit levenswerk van de Oostenrijkse schrijver en cultuurpessimist Karl Kraus (1847-1936) ging in de versie van ‘t Barre Land in première op 11 november 2008 – precies negentig jaar na de ondertekening van de wapenstilstand.
De laatste dagen der mensheid is donderdag 22 tot en met zaterdag 24 oktober te zien in Theater Frascati. De voorstelling neemt bij elke uitvoering een nieuwe vorm aan.
“Het beslaat in vijf bedrijven de vijf oorlogsjaren, en we hebben vijf verschillende vormen gevonden om het stuk te spelen,” zegt Martijn Nieuwerf grijnzend. “Maar elke keer wordt het weer een nieuwe rangschikking, omdat we steeds weer dingen toevoegen, improviseren en veranderen. Je wilt toch niet elke avond hetzelfde doen?”
Dit is typerend voor de ‘open vorm’ die ‘t Barre Land sinds de oprichting in 1990 hanteert. De acteurs stappen in en uit hun rol en staan hardop te denken, in gesprek met zichzelf, elkaar en het publiek. Een theatervorm die de honderden personages, scènewisselingen en stijlen van het stuk wél speelbaar maakt.
Karl Kraus schreef De laatste dagen der mensheid tijdens de oorlogsjaren, en publiceerde het in delen in zijn opinieblad De fakkel. Hij baseerde zijn gefragmenteerde tekst op krantenknipsels, gesprekken, reclameboodschappen en propagandaberichten. Gedreven door wanhoop en verontwaardigding over de leugens en oorlogsretoriek die hij overal las en hoorde, probeerde hij de tijdgeest – de mentaliteit die de oorlog mogelijk maakte – bloot te leggen.
“Er werd niet ‘nobel gestreden met getrokken zwaard en open vizier’ – mensen werden in loopgraven vergast,” zegt vertaler Robbert-Jan Henkes. Kraus hield de pers verantwoordelijk voor het uitbreken van de oorlog. “Hij ageerde tegen de macht van het ‘militair-industrieel journalistiek complex’. De Eerste Wereldoorlog was de eerste mediaoorlog.”
Hoewel geroemd in het buitenland, is Kraus’ werk in Nederland minder bekend. In 1988 werd De laatste dagen der mensheid bewerkt door Maarten Vonder, en ging dat jaar als opera in Theater Frascati in première. Het integrale stuk werd in vijf jaar tijd vertaald door Robbert-Jan Henkes en Erik Bindervoet, in opdracht van ’t Barre Land.
Dit vuistdikke boek, geïllustreerd door Aart Clerkx, werd tegelijkertijd met de première van de voorstelling uitgegeven door Uitgeverij De Harmonie. Acteur Vincent van den Berg lacht schuldbewust: “We hebben toen met de voorstelling wél een beetje de aandacht voor de boekpresentatie weggekaapt.”
De schrijvers blijven bij de voorstelling betrokken. Ze staan naast de acteurs op het podium, en schrijven daar het Fakkelforum: een soort nieuwsbrief die aan het publiek wordt uitgedeeld. Onder de subtitel De allerlaatste dagen der mensheid komen zo nieuwe scènes en actuele ideeën de voorstelling binnen.
Wat is anno 2009 de relevatie van een toneelstuk over de Eerste Wereldoorlog? “Kunst hoeft toch niet alleen maar te gaan om de waan van de dag?,” zegt Vincent van den Berg. “De huidige tijd is heel erg kleinzerig, zó op het moment gefixeerd,” zegt Martijn Nieuwerf. “Waar we ons in deze tijd allemaal druk over maken zijn niet de dingen die er écht toe doen.”
Volgens Vincent van den Berg heeft De laatste dagen der mensheid de ideale vorm voor deze tijd: “Het is heel postmodern, met veel verschillende stijlen en personages. De enige ontwikkeling is de alsmaar toenemende hoeveelheid lijken en gewonden.” “Karl Kraus heeft vaak gezegd dat niemand van zijn tijdgenoten het stuk zou kunnen lezen, of opvoeren,” zegt Csezlaw de Wijs. “Maar het is eigenlijk absurd dat het niet eerder vertaald is.”
Het Parool / Kunst & Media (16-10-2009)