‘Echt een eer’ / Jon van Eerd over La Cage aux Folles

Het Parool / PSKUNST (6 juni 2010)

Jon van Eerd speelt een van de hoofdrollen in La cage aux folles van Joop van den Ende Theaterproducties, de musical waarmee in november het DeLaMar theater officieel wordt geopend. Een gesprek uit Londen.

DANIËL BERTINA

“Dit is een soort Mekka van de muziek. Echt een tempel,” zegt acteur Jon van Eerd. Hij is een paar dagen in Londen te gast in het statige gebouw van de Royal Academy of Music in Londen, founded in 1822. Een marmeren bastion, geheel gewijd aan de studie van muziek. Daar repeteert hij één van de sleutelnummers uit de musical La cage aux folles voor de afsluiting van het John Kraaijkamp Musical Awards Gala. Onder begeleiding van musical directors Nigel Lilley en Matthew Ryan stort hij zich op één lied: I am what I am. “Ik ben al helemaal hees,” grijnst Van Eerd en wikkelt een sjaal om zijn nek. “Ben al de hele dag full power aan het zingen.”

Met La cage aux folles (de gekkenkooi) – ook wel liefkozend La cage genoemd – wordt in november het door Joop van den Ende geheel herbouwde DeLaMar theater officieel geopend. De muzikale komedie speelt zich af in Saint-Tropez. Daar runnen het homo-echtpaar Georges (Stanley Burleson) en Albin (Jon van Eerd) de nachtclub La Cage aux Folles, beroemd vanwege de extravagante travestietenshows. Albin – versierd met hoogblonde krulpruik, galajurk en naaldhakken – is als zijn alter ego Zaza de hoofdattractie, en Grande Dame van de club.

Georges en Albin hebben het samen goed voor mekaar, maar hun leven komt in een stroomversnelling als Jean Michel (Karel Simons) – de zoon van Georges, verwekt in een dronken nacht van heteroseksuele nieuwsgierigheid – zijn verloofde (Gerrie van der Klei) komt presenteren. Haar ultraconservatieve ouders Edouard en Marie Dindon (Derek de Lint en Liz Snojink) komen mee. Kunnen Georges en Albin hun flamboyante levensstijl verbergen?

In een repetitieruimte in de Royal Academy of Music sleutelen Matthew Ryan (de regisseur van de Nederlandse versie van La cage), acteur Jon van Eerd en sessiepianist Daniel aan het lied. “Ik ben wat ik ben, en wat ik ben, laat zich niet dwingen,” zingt Van Eerd. “Laat mij maar van de bühne schoppen!”

Hij staat daarbij oog in oog met Ryan, die woest op de vloer stampt om accenten in de tekst te benadrukken. Met wild expressieve mimiek playbackt Ryan de woorden mee. Na het bombastische einde lijkt het repetitielokaal nog even na te trillen, maar de drie gaan gelijk weer over op de details van het lied.

De sessiepianist doet een suggestie: “Als je het begin van die tekst, vanaf dat woordje ‘ok,’ nu eens direct na dit akkoord inzet?” Hij speelt de opmaat van het heftige slot. “Misschien moet je niet precies op de noot inzetten, maar vlak erna.” Ryan knikt: “Zo krijgt het een rauwe, strijdbare energie. Realiseer je: dit is ook het eerste moment dat het publiek hem in vrouwenkleren ziet. Kijk! Zaza laat zich niet van het toneel schoppen. Het podium staat hier natuurlijk symbool voor het leven.”

Van Eerd: “Ik snap het. Ook al draag hij een jurk, naaldhakken en neptieten zegt hij: dit is mijn lichaam.” Hij wijst naar een andere passage. “En moet ik me daar misschien richten tot God?” “Nee, dat wordt al duidelijk in de tekst,” antwoord Ryan. “Je moet al die smaken proeven. Maar je hebt het allemaal al in de vingers zitten. Nu is het tijd om het tot jouw nummer te maken. Ik ben trots op je.”

Jon van Eerd (Maastricht, 1960) is een van de meest succesvolle acteurs van zijn generatie. Hij speelde in ruim veertig theaterproducties – drama, musical en komedie – en deed veel televisiewerk, regie en nasynchronisatie van tekenfilms. Voorafgaand aan zijn acteercarrière studeerde hij Engels en Theaterwetenschap. Vijftien keer was hij genomineerd voor diverse theaterprijzen, en won er vijf – waaronder de John Kraaijkamp Musical Award Beste Kleine Musical (2008) en de Theaterprijs De Blauwe Kei (2009). Dit seizoen is hij genomineerd voor zowel de Toneel Publieksprijs – met de zelfgeschreven voorstelling Oranje boven – en de Gouden Notenkraker.

Voor La cage werd Van Eerd – gezegend met een accentloze beheersing van het Engels – gevraagd om de Nederlandse vertaling op zich te nemen. Martine Bijl deed de liedteksten. “Als ik in Engeland ben, voelt dat echt als thuiskomen. Mensen zeggen wel eens dat ze geboren worden in een verkeerd lichaam – ik ben geboren in het verkeerde land. Het is trouwens een hele opgave om al die Engelstalige homo slang te vertalen. Het Nederlands is op dat gebied toch wel wat armer – zeker wat al die dubbelzinnigheden betreft.”

La cage aux folles begon ooit als een toneelstuk, geschreven door Jean Poiret in 1972, werd later verfilmd (Édoard Molinaro, 1978), tot musical bewerkt (Jerry Herman en Harvey Fierstein, 1983) en opnieuw verfilmd (The birdcage van Mike Nichols, 1996). De musical stond in de loop der jaren een aantal keer in verschillende prijswinnende versies op Broadway en het Londense West-End. De Nederlandse productie van La cage aux folles, waarmee het DeLaMar Theater wordt geopend, is geïnspireerd op de versie uit 2008 van het Britse experimentele productiehuis Menier Chocolate Factory.

In de pauze verklaart regisseur Matthew Ryan het jarenlange succes van het stuk. “Los van al de grappen, de boa’s en de drag queens is La cage aux folles een tijdloos verhaal over een familie in crisis. Aan de basis ligt een tragische en herkenbare thematiek over afwijzing, acceptatie en ouderschap. Iedereen kan er wel iets in vinden. Onze productie heeft natuurlijk wel een eigen karakter: het gaat over het pakken van het moment, zoals in het nummer The best of times. Een lofzang op het durven leven in het hier en nu.”

Jon van Eerd is enthousiast over de technische tips van musical director Nigel Lilley. “Hij maakt altijd hele bijzondere musicals met nét even een experimentele, onverwachte draai. Nigel heeft de grote namen uit de musicalwereld gecoacht en kent alle details, nuances en zangtechnische valkuilen van La cage. Dat is echt zijn specialisme. Het was een eer.”

Ook de samenwerking met Matthew Ryan is een verrijking. “Matt is een geweldige acteursregisseur, zo iemand die teksten helemaal kan fileren. Niet elk lied in La cage hoeft zo woordje-voor-woordje geanalyseerd te worden, maar wel de sleutelnummers die het verhaal verder stuwen. Er zitten ook wel wat lossere nummers in La cage, maar I am what I am is niet bepaald een la-di-da song. Ik wist niet dat het zò zwaar zou zijn. Het is maar goed dat dit het laatste nummer voor de pauze is, want ik moet daarna echt even bijkomen.”

Het idee om met een productie van La cage het DeLaMar te openen, kwam van Joop van den Ende zelf. “Hij zag La cage in Londen, werd razend enthousiast en riep meteen dat Stanley Burleson en ik dat moesten spelen,” vertelt Van Eerd in de taxi. “Dit is een droomrol. Er zijn heel veel mensen in musicalland die hiervoor een moord zouden doen – maar ik ben ervoor gevraagd. Dát is echt een eer, want de audities zouden volgens mij echt killing zijn geweest.”

Even later zit hij in een knus restaurantje in Covent Garden, aan de wijn. “La cage is ooit geschreven als statement toen dat hele AIDS-vraagstuk kwam opzetten. Het heeft de achtergrond van strijdverhaal, maar La cage kreeg een hele universele dimensie. Het gaat niet alleen over homo’s en travestieten – maar over het zoeken naar identiteit.”

“De grote uitdaging voor ons is om de balans te vinden. Naast al de drag queen grappen zit er een serieuze en tragische ondertoon in het stuk. Tegelijkertijd proberen we het allemaal ook heel herkenbaar te houden. Dat mensen enorm lachen, maar ook daarna kunnen zeggen: ja, maar het is wél zo.”

“Ik ben een ontzettende workaholic met nog allemaal ambities,” zegt Jon van Eerd. “Toen ik werd benaderd voor La cage had ik nét weer een project met producent Rick Engelkes gepland, maar Rick moedigde me aan om die droomrol te nemen. En de dag voordat ik naar Londen vertrok stond ik nog op de planken in A funny thing happened on the way to the forum van Stephen Sondheim, bij het M-Lab. Dat leek me ook zo leuk – ik kon geen nee zeggen. Er gaan gewoon véél te weinig jaren in een mensenleven. Jammer dat ik geen balletdanser meer kan worden.”
La Cage aux Folles, vanaf 16 november te zien in het DeLaMar Theater, met o.a. Jon van Eerd, Stanley Burleson, Derek de Lint, Liz Snojink

www.musicals.nl